John Locke
- Gegevens
- Gemaakt op dinsdag 19 september 2017 22:06
- Laatst bijgewerkt op woensdag 09 december 2020 23:23
- Gepubliceerd op dinsdag 19 september 2017 22:06
- Hits: 5695
Tolerantie
Het is geen wonder dat John Locke tolerantie en met name religieuze tolerantie probeerde te omschrijven. Tolerantie of de ander verdragen in zijn anders zijn, is een wezenlijk bindmiddel van elke samenleving. Intolerantie ontwricht maar al te vaak een samenleving. Het spreekt vanzelf dat filosofie, onderzoekt wat tolerantie nu precies is. Want wie wil er nu niet een samenhangende verdraagzame maatschappij wonen.In het diepst van hun hart willen mensen geaccepteerd worden met al hun merkwaardigheden. Hun angst is, door de wereld, de anderen verstoten te worden. Voordat er op de denkbeelden van Locke over tolerantie wordt ingegaan, eerst enkele bespiegelingen over tolerantie. Hoe kun je tolerantie omschrijven?
Tolerantie is te omschrijven als het bewust actief verdragen van de ander in zijn anders zijn.
In de christelijke bijbel wordt tolerantie, explicieter geformuleerd als een gebod voor elk mens:
"Heb uw god, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht. Het op een na belangrijkste is dit: “Heb uw naaste lief als uzelf.” Er zijn geen geboden belangrijker dan deze."
Wanneer wij het begrip god zien als een metafoor van het zelf of het ik: "Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten", zei de dichter Willem Kloos, Zou je dit kunnen zien als een gebruiksaanwijzing voor verdraagzaamheid
Er komt dus nogal wat bij kijken bij het verdragen van de ander. Sluit met al je kracht en verstand, de ander (andersdenkende, anders gelovige, andere politieke overtuiging, met zijn afwijkende gedrag) in je hart. Je dient actief te zijn en je in te spannen de andersdenkende en zich anders gedragende, te begrijpen of te leren kennen in zijn anders zijn en daar bovenop een relatie met hem aan te gaan. Daar het een richtlijn voor iedereen is mag je van diezelfde ander wederkerigheid verwachten. De ander dient na te streven jou te leren kennen in je anders zijn etc..
Het doel is hierbij niet dat we elkaars gewoonten overnemen. Bijvoorbeeld dat een communist zich bekeerd tot het neoliberalisme of dat een atheïst zich gaat bekeren tot een religie maar dat er een cohesie wordt gevormd in het anderszijn gemeenschappelijk samenleven.
John Locke stelt dat iedereen bij de geboorte vrij van geloof of politieke overtuiging is en dat individuen met elkaar een sociaal contract dienen aan te gaan hoe zij zich tot elkaar verhouden, aan welke wetten zij zich dienen te onderwerpen en aan welke door hen aangestelde bestuurder, zij welke uitvoerende macht toekennen.
Locke had het in zijn tijd vooral over religieuze tolerantie. Daar wordt in dit artikel op teruggekomen. Tolerantie is een activiteit
Tolereren van de ander doe je door vanuit je eigenheid naast hem of haar te gaan staan en passief en actief te bevorderen, dat de ander in veiligheid, welzijn en waardigheid zijn eigenheid behoudt, voor zover en zolang het zijn wens is.
Tolereren vergt ook dat je jezelf tolereert door je eigenheid kenbaar maakt aan de ander en anderen en er ruimte en erkenning voor opeist. binnen je mogelijkheden. Daartoe zijn er allerlei middelen te gebruiken, je verenigen in gedeeld belang bijvoorbeeld.
Van de ander, mag wederkerig hetzelfde verwacht worden.
Tolerantie begint bij jezelf maar betekent weinig wanneer je iemand intolerant laat zijn naar anderen of naar jou. Tolerantie betekent weinig Wanneer je de slachtoffers van intolerantie niet de helpende hand toesteekt en hen tegelijkertijd wijst op hun verantwoordelijkheid zich niet te laten pesten of piepelen laat staan vervolgen. Je raakt niet uitgeleerd over tolerantie
Tolerantie is een vaardigheid die vereist dat je je evenbeeld kunt waarnemen door te ontmoeten, in gesprek te gaan. er naast te gaan staan. te luisteren om te verkennen en niet om te oordelen, jezelf te trainen in empathie en nog een heleboel meer, zoals de ander stimuleren tot wederkerigheid zonder dwang maar wel met belang. Wat beperkt tolerantie?
Alhoewel religies naastenliefde hoog in het vaandel hebben staan, zijn er tegenstrijdigheden in hun geboden voor verdraagzaamheid. De historie leert ons dat religieuzen keer op keer andere religies of niet religieuzen vervolgden. En dat ondanks dat in de bijbel staat dat mensen zich geen zorgen hoeven te maken over verstoting; immers:
"god schiep de mens naar zijn evenbeeld".
De boodschap is ook hier: de ander is, in zijn anders zijn gelijkwaardig aan mij. Echter iets verderop in de bijbel, worden de eerste mensen door een van de engelen van hun evenbeeld god uit het paradijs verjaagd, omdat zij zich niet konden houden aan gods gebod( lees ons of mijn gebod).
Hieruit volgt dat er voor tot zich elkaar verhouden, meer nodig is dan geboden. De ander dient voor zover je je grenzen ten opzichte van hem aangeeft ook kennis te krijgen van het hoe, doel, waarde en consequentie van overtreding. Althans wanneer je een gebod uitvaardigt is het naïef te veronderstellen dat het gebod op zich voldoende zal zijn.
Ondanks dat wij allen elkaars evenbeeld zijn, hebben mensen grote moeite dat anderen, er andere gewoonten, overtuigingen en meningen op na houden. Sterker nog; staan mensen toe dat hun broer, zus, zoon of dochter, een totaal andere weg inslaan als zij voor hem of haar voorzagen?
Mensen zijn gewoontedieren Het verleden en heden leert dat mensen geneigd zijn een grote achterdocht te koesteren naar iedereen en alle gedragingen die afwijken van wat te doen gebruikelijk is. Ik herinner me nog de missionarissen die wij christenen naar verre landen stuurden om de "heidenen" aldaar het "ware" geloof te brengen. De mensen daar werden "wilden" genoemd en liepen ajakkes halfnaakt of zelfs helemaal naakt rond.
En tja heidenen en wilden die mogen niet in "onze hemel", en moeten daarom bekeerd worden en worden zoals wij.
Onze hemel, ons huis, ons gezin, onze buurt ons dorp onze stad en ons land. Mensen zijn geneigd bezitterig te zijn en de ander mag niet aan ons bezit komen. De ander vormt een potentiële bedreiging voor ons, ons bezit. Dat is niet te verdragen.
Hoe mooi het metafoor evenbeeld van god ook is; mensen zien niet hun evenbeeld in de ander wanneer hij er anders uitziet iets verder weg woont, een andere taal spreekt, of zich iets afwijkend gedraagt.
Het niet verdragen, het niet tolereren van anderen, die niet in het plaatje passen, zit in alle haarvaten van de samenleving. Wanneer je je als kind op school andere kleding draagt dan de rest, word je gepest. Nu glimlachen wij er om maar toen jongemannen eind jaren zestig van de vorige eeuw hun haren lieten groeien, werden zij beschimpt als "langharig werkschuw tuig." Tegenwoordig is het dragen van een hoofddoek reden tot de beschimping: "kopvod". Echter ook de draagster van een minirok, wordt met een "gesist" "slet": betiteld. Twee mannen die elkaar op straat kussen worden "flikkers" genoemd en als ze pech hebben in elkaar geramd; "potenrammen". Een van de minder in het oog springende facetten van intolerantie maar daarom niet te onderschatten kant, is onverschilligheid. De andere kwetsbare gedesillusioneerde, niet genoemde andere die door welke oorzaak dan ook, leeft in armoede, schulden, ontheemdheid, dakloosheid, psychiatrie, verslaving criminaliteit en werkloosheid en hierdoor gebrandmerkt, wordt in de vergeetput gegooid gemarginaliseerd, buitengesloten en onzichtbaar gemaakt door de onverschilligheid van het wegkijken. Intolerantie en het daaruit voortvloeiende gedrag, zoals beledigen, pesten, mishandelen, verjagen, indoctrinatie en onverschilligheid berust volgens Locke ook op verkeerd aangeleerde kennis en vaardigheden en opvoedingspraktijken waar het aanpraten van angst voor het onbekende en vooral het niet zelf leren experimenteren, ervaren en nadenken. Waaruit blijkt intolerantie
Eigenlijk is de oerangst voor andersdenkenden of mensen die zich anders gedragen nooit weggeweest. Ook de bijbehorende rituelen zoals, het jezelf opsluiten in een vesting -tegenwoordig bubbel- en de schandpaal, het opsluiten, en het uitdrijven/-moorden van vreemde geesten(lees andersdenkenden), zijn nooit weggeweest. We zien de berichtgeving van media, herinneren ons de vernietigingskampen van de nazis, de genocide in Rwanda, het bloedige conflict tussen bevolkingsgroepen in het voormalige Joegoslavië en meest recent hoe islamitische Staat andersdenkenden en gelovigen van hun thuis hebben verdreven, gekruisigd, gemarteld en onthoofd.
Onverdraagzaamheid uitmondend in angst voor het andere leidt tot beangstigende verdedigingmechanismen.
Politici bevorderen intolerantie door niet de hele bevolking in te sluiten maar door zich "uitsluitend" te richten tot de voor hen qua stemmer interessante "gewone" man vrouw, Men stelt het gemiddelde als ideaalbeeld. Iemand die werkt, en een gemiddeld huisje boompje beestje bestaan leidt. Kortom iemand met een gemiddeld inkomen. Dit bevordert ook als is het mogelijk onbewust of ongewild de uitsluiting van degenen die buiten deze statistische normale verdeling vallen en dat zijn helaas degenen die niet kunnen aansluiten bij het tempo van de "gemiddelde".
Wat bewoog John Locke om over tolerantie te schrijven
Om beter te begrijpen waarom John Locke van tolerantie een van zijn filosofische thema's van gemaakt heeft, is het goed een beeld te schetsen van het 17e eeuwse Engeland waarin hij leefde.John Locke groeide op als de zoon van diep gelovige gereformeerde "puriteinse" ouders. Zijn vader, een politiek bewuste advocaat, vocht tijdens de Engelse burgeroorlog mee aan de kant van het parlement. Hij was een volgeling van de puritein "John Pym".
Locke werd opgeleid tot filosoof en arts, waarschijnlijk heeft het beroep arts ertoe geleid dat zijn manier van filosofie bedrijven vooral zeer pragmatisch was en in mindere mate ideologisch.
De puriteinen bonden binnen de anglicaanse kerk de succesvol strijd aan met de het meer gematigde deel van de protestanten . De puriteinen die wij tegenwoordig als fundamentalisten zouden bestempelen, waren ook politiek succesvol door binnen korte tijd het Engelse parlement te domineren. De Anglicaanse puriteinen waren ultra religieus. Vooral naar katholieken waren puriteinen intolerant. Zij ontzegden katholieke landeigenaren, het recht, land te bezitten. Veel katholieke landeigenaren werd gedwongen huis en haard te verlaten. Zij geloofden en eisten dat iedereen volgens de Bijbel zou moeten leven.
In de periode en plaatsen waar de puriteinen het voor het zeggen kregen werden herbergen en theaters gesloten. Allerlei vermaak werd verboden kinderen die op zondag toch speelden werden afgeranseld met de zweep. Vloeken werd bestraft met boetes. Vrouwen, die ondanks verbod op zondag, toch licht huishoudelijk werk deden of betrapt werden op buiten wandelen, werden met de voeten in een schandblok gezet. Degenen die voor een tweede keer in de fout gingen kwamen in gevangenissen terecht. Koning Karel I van Engeland, een despoot, zoals alle vorsten in die tijd, meende dat zijn recht om alleen te heersen en te onderdrukken, berustte op een goddelijk recht. Hij hief belastingen waar veel puriteinen in het parlement het niet mee eens waren. De puriteinen verdachten hem ook van sympathie voor het katholicisme omdat hij de anglicaanse kerk wilde verzoenen met katholieke kerk. De leden van het parlement eisten koning Karel I dat hij zich zou onderwerpen aan de wil van het parlement. Tegelijkertijd had men er weinig vertrouwen in dat Karel dit ooit zou doen. Uiteindelijk liep het voor koning Karel I fataal af (zie: Engelse burgeroorlog)
Vanwege deze politieke deels religieuze twisten, heeft John Locke zich genoodzaakt gezien van 1683 tot 1688 naar Nederland te verhuizen. Nederland of de Republiek der Zeven Provinciën was in die periode een vrijplaats voor mensen die uit hun eigen land verdreven waren vanwege godsdienst of politiek.
Onafhankelijk denker
Wanneer je als onafhankelijke geest, opgroeit in een verstikkende tijd, waarin mensen vanwege persoonlijke, religieuze en politieke overtuigingen, elkaar niet verdragen en het leven onmogelijk maken, is het geen wonder dat je gaat nadenken over hoe het beter zou kunnen. Locke toonde zich in al zijn werken een voorstander van vrijheid van denken, vrijheid van religie, niet beperkt door een overheid of religie.Kennis had volgens hem geen religieuze basis maar kwam voort door zintuiglijke ervaringen door redeneren met elkaar in verband te brengen. Religie en vorsten hadden niet het alleenrecht op de waarheid en kennis. Alle burgers samen dienden dan volgens hem een bestuur te vormen en te kiezen naar een gezamenlijk gedeeld inzicht.
Toch diende ook hij rekening te houden met de toen bestaande maatschappelijke structuur in Engeland waar adel een factor was waar je niet omheen kon. In Lockes "Essay Concerning Human Understanding" uit 1689 richt hij zich in de aanhef vol vleierijen tot graaf van Pembroke Mijn Heer,
Deze verhandeling die is ontstaan onder het oog van uw grootheid en zich in de wereld heeft gewaagd door uw bevel, komt nu door een natuurlijk soort recht tot uw heer, voor die bescherming die u enkele jaren geleden hebt beloofd Het is niet dat ik denk dat enige naam - hoe groot ook -, genoemd bij het begin van een boek, in staat zal zijn om de fouten die er in zitten te bedekken. Dingen in gedrukte vorm staan of vallen door hun eigen kracht in de smaak van de lezer. etc. etc. in zijn “Letter Concerning to Toleration” zegt John Locke(1689) dat hij vindt dat tolerantie het belangrijkste kenmerk dient te zijn van het christendom. Hij ziet orthodoxie, ofwel degenen die menen het ware geloof te kennen en te moeten opleggen, als een streven naar overheersing en een onwenselijk streven de ander je wil op te leggen.
In zijn “Letter concerning to Toleration” probeert hij een denkbeeldige lezer ervan te overtuigen dat de regering door het volk gekozen dient te worden en uitsluitend belangen dient te beschermen die gerelateerd zijn aan vrijheid, samenleven en welzijn. Volgens Locke zijn alle mensen gelijk en onbeschreven geboren. Hij introduceert in dat verband de term "tabula rasa". Een erfelijk leiderschap zoals een koning past niet in de denkbeelden van Locke. Locke vindt echter wel dat verworven rijkdom wel overerfbaar is.
De religie dient zich te beperken tot levensvragen zoals vervulling. Locke vindt dat religieuzen van een bepaalde godsdienst, andere religieuzen op geen enkele manier mogen dwingen tot bekering maar hooguit kunnen overreden en overtuigen.
De filosofie van John Locke moet geschaard worden onder het liberalisme dat ook in het Nederland van de Gouden Eeuw een grote vlucht nam. Het kwam voort uit het soort Protestantisme dat ruimdenkendheid en verdraagzaamheid na streefde. Dit streven naar tolerantie, kwam vooral voort uit de belangen van de zich ontwikkelende handel en industrie van die tijd. Men voelde zich in dit vooruitgangsstreven afgeremd door monarchie en aristocratie. Men vond dat je als samenleving zelf je bestuur mocht regelen en dat bestuur niet gebonden diende te zijn aan een goddelijke voorzienigheid. Het liberalisme in die tijd stuitte op relatief weinig weerstand waardoor het optimisme steeds groter werd over het definitief afrekenen met de macht van de monarchen en de kerken. In die zin was het liberalisme een streven naar zelfbeschikking, democratie en bescherming van door arbeid verworven eigendomsrechten. kenmerken van het liberalisme
Het liberalisme kenmerkte zich door een streven naar individualisme. Dit individualisme was een verzet van protestanten tegen allerlei voorschriften die door kerkelijke concilies werden opgelegd. De protestanten meenden dat het aan het individu is te bepalen hoe het zich gebonden voelt aan religie Het liberalisme was ook een reactie op de middeleeuwen. In de middeleeuwen werd het maatschappelijk leven bepaald door vele regels die door de kerk in toenemende mate waren opgelegd. Een voorbeeld is het huwelijk, dat volgens kerkelijke concilies niet ontbonden mocht worden. Alleen een huwelijk dat ingezegend was door een priester was geldig.
Een ander kenmerk van het liberalisme is het belang dat wordt gehecht aan betrouwbare regels gebaseerd op onafhankelijke individuele vrijheid van denken en op natuurwetenschappelijke onderzoek en ervaring. Het recht op individuele vrijheid, de keuze om te leven zoals jij wilt en de kans om geluk na te streven werd veel later in 1787 in de grondwet van de VS vastgelegd en als logisch gevolg werd de slavernij afgeschaft. Niet alleen werd individuele vrijheid belangrijk geacht maar ook werd in deze grondwet vastgelegd dat het een plicht is elke regering omver te werpen die aan deze individuele vrijheden tornt. Uiteraard kan alleen het volk een regering installeren en binden aan voorschriften van een constitutie. De kennistheorie van John Locke:
Locke stelt dat onze kennis ontstaat uit waarneming van de wereld om ons heen. Dit verklaren van kennis wordt empirisme genoemd. Volgens Locke bestaat de wereld uit primaire eigenschappen en secundaire eigenschappen. Primaire eigenschappen:
De primaire eigenschappen bestaan onafhankelijk van onze waarneming. Locke noemt compactheid, grootte, vorm, beweging en getal. Secundaire eigenschappen:
Secundaire eigenschappen zijn volgens Locke kleur, geluid, geur smaak en textuur. Er zijn geen geluiden, geuren, smaken of textuur zonder waarnemer. Redeneren of Waarnemen:
Locke was sterk beïnvloed door Descartes. Descartes kan gezien worden als een filosoof die stelt dat kennis tot stand komt door redeneren. Dat komt naar voren in zijn beroemde stelling ”Ik denk, dus ik ben”. Hoewel Locke stelt dat kennis tot stand komt door waarneming heeft hij toch het redeneren een plaats gegeven in zijn kennistheorie door te stellen dat door redeneren de waarnemingen een naam krijgen, een plaats en een relatie tot elkaar. Redeneren vertaalt waarnemingen naar kennis. De invloed van het empirisme
Het empirisme is van grote invloed geweest op het leven en denken geweest van mensen in Europa en Amerika. Naast de goddelijke voorzienigheid en predestinatie is er ook ruimte gekomen voor de veronderstelling dat je niet persé voor een dubbeltje geboren bent en dat een staatshoofd gekozen dient te worden en niet de troon moet erven. De American dream van krantenjongen tot miljonair is ook in het denken van mensen geslopen.
Tegelijkertijd zijn er nog steeds hele volksstammen die geloven dat er zoiets bestaat als predestinatie, aanleg en talent. In de psychologie wordt de 'nature nurture' discussie nog volop gevoerd. Cultuur en folklore. We blijven het zo doen omdat wij het altijd zo deden en omdat de tien geboden door god persoonlijk aan Moses zijn gegeven. Intolerantie en het daaruit voortvloeiende gedrag van
Condities voor tolerantie
Het pleidooi van John Locke voor verdraagzaamheid heeft hem doen nadenken over hoe te komen tot verdraagzaamheid. Onder welke condities kunnen mensen die geneigd zijn tot achterdocht naar elkaar of mensen die geneigd zijn andere mensen te overheersen komen tot een verdraagzame levensstijl naar anderen? Onder welke condities kunnen mensen die gebukt gaan onder onverdraagzaamheid en onderdrukking, komen tot een leven waar anderen hen verdragen in hun anders zijn? Locke vindt hier een grote rol weggelegd voor de opvoeding en het onderwijs aan kinderen. Hij constateerde in zijn boek "Thoughts concerning education, 1693, dat kinderen door hun onderwijzers en opvoeders onterecht geleerd wordt voorzichtig, achterdochtig en angstig te zijn naar mensen die zich anders gedragen dan zij gewend zijn. De ander wordt door opvoeders en onderwijzers maar al te vaak voorgesteld als een potentieel gevaar. In de tijd van Locke werden kinderen bang gemaakt voor heksen tovenaars en kwade geesten ofwel het bovennatuurlijke. Bijgeloof leidde daardoor in het volwassen leven te vaak tot ook irreële angsten naar anderen.De opvoeder en onderwijzer moeten in Lockes ideaalbeeld geen bijgeloof onderwijzen maar kinderen leren af te gaan op hun eigen ervaringen in het dagelijkse leven. Natuurlijk horen kinderen op de hoogte te zijn van vooroordelen en hoe vooroordelen werken. Natuurlijk heeft een volwassene negatieve en positieve ervaringen in zijn leven gehad. Dat hoeft echter niet zonder meer te betekenen dat de angst die zij daardoor voor anderen hebben opgebouwd ook waar is voor hun kinderen. Kinderen moeten leren kritisch te denken en te leren twijfelen over de waarden van hun ouders en eigenlijk over alle waarden. Kinderen dienen vaardigheden te leren die hen weerbaar maken, niet alleen weerbaar in de reactieve zin maar actief in de zin van initiatief.
Tijdens de opvoeding moeten initiatief en de belangstelling die kinderen koesteren voor de wereld om hen heen, door ouders en docenten, gekoesterd worden in een veilige liefdevolle omgeving, waar aanrakingen in de zin van knuffelen moeten prevaleren en lijfstraffen uitgesloten. Daarnaast moeten kinderen leren hoe zij zich in de wereld kunnen handhaven door hen vooral praktische vaardigheden te leren.
Locke noemt: wetenschappelijk handelen en denken, ethiek, handelskennis. Locke noemt ook een kind leren zijn angst en twijfel te overwinnen en rust te vinden in wat hij doet en in de ontmoetingen met anderen.
In lockes veronderstelling dat kinderen geboren geworden met een "tabula rasa" verwoordt hij de gedachte dat er geen aangeboren kennis bestaat Laat staan dat mensen bij hun geboorte begiftigd zijn met een goddelijk weten en een erfelijk recht de ander te overheersen.
Mensen dienen vooral over zichzelf te heersen. Voor zover ze toestaan dat een ander in hun naam beslissingen neemt, mogen en moeten zij de ander ook dit recht ontnemen, wanneer deze in zijn bestuur andere belangen dient dan de hunne.
Hiermee legde hij ook het fundament voor zijn kennistheorie of het empirisme. Hij droeg hierdoor bij aan het liberalisme en het individualisme. Gesteld kan worden dat de gedachten van Locke over tolerantie, uiteindelijk het fundament werden voor zijn kennistheorie, zijn theorie over het opvoeden en onderwijzen van kinderen en het fundament voor zijn gedachten over het liberalisme en zijn politieke filosofie.
Hoe nu verder met tolerantie?
Zal de wereld met onderwijs, empirisme, liberalisme en door ons allen aangestelde bestuurders toleranter worden? Er zijn gekozen regeringen die pluriforme politieke stromingen tolereren en er bestaat scheiding van uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht. In het onderwijs worden door middel van kringgesprekken en speciale lesmethodes gepoogd aan kinderen te leren hoe elkaar te verdragen en in je waarde te laten.Tolerantie in onze samenleving bestaat. Tegelijkertijd bestaat ook nog steeds de intolerantie in allerlei gebieden en lagen van de samenleving. Op scholen en in de werkkring wordt nog steeds gepest.
De meest voorzichtige conclusie is dat de samenleving meer is opgeschoven op het continuüm intolerantie, tolerantie. Er is echter nog veel ruimte voor verbetering.
Video over John Locke. Duur ongeveer 12 minuten. Klik op het play-symbool
Coster, B., John Locke: Denk als een rebel. Filosofie Magazine. Nr.1/2018.
Locke, J., An essay concerning human understanding. Toronto. Dover publications. (1959)
Locke, J., “Letter Concerning to Toleration”. HuddersField, J Brooks (1796)
Russel, Bertrand. Geschiedenis der Westerse filosofie. Servire B.V., Katwijk aan zee. (1981) Afbeeldingen:
John Locke, 1697, door: Godfrey Kneller (1646–1723), olie op canvas, 76 × 64 cm, huidige locatie:Hermitage Museum, St. Petersburg
The Laughing Cavalier, Frans Hals 1624, Wallace collection, Manchester.
spotprent: vrouwen in het schandblok: https://www.slideshare.net/jburrows92/oliver-cromwells-england-slideshare
dward Bower, After fl1635 - 1667 Description Portret van koning Karel I van Engeland tijdens zijn proces in januari 1649, door Edward Bower, olie op canvas, 115.6 × 87.4 cm
De slag bij Marston Moor, 2 July 1644, schilderij van John Barker.
Oliver Cromwell 1656 door Samuel Cooper 1608-1672. https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/2/24/Oliver_Cromwell_by_Samuel_Cooper.jpg